Skip to content

Enkele herinneringen aan Radio 227
Uit de aantekeningen van Dick Weeda, deejay op het zendschip The Laissez Faire
Door Hans Knot (Soundscapes)

Vanaf 15 mei 1998 valt in het Omroepmuseum te Hilversum de tentoonstelling “Popmuziek 1960-1990: beeld en geluid van de jongerencultuur in Nederland” te bewonderen. Bij de voorbereiding van die wisseltentoonstelling werd naarstig geput uit diverse collecties van verzamelaars en natuurlijk ook het eigen archief van het Omroepmuseum. Dat leverde ook onverwachte dingen op. Zo kwam museumconservator Arno Weltens half maart, tijdens een bespreking op het museum, plotseling aanzetten met een aantal velletjes papier met herinneringen aan de periode die Dick Weeda, deejay op het zendschip The Laissez Faire, had meegemaakt. Dick stond zijn aantekeningen enkele jaren geleden voor het nageslacht af aan het archief van het museum. Zeer fragmentarisch zette hij een aantal zaken op papier, waarvan het merendeel al lang historisch bekend was. Toch zit er een aantal opmerkingen bij dat interessant genoeg is om eens wat uitgebreider op in te gaan. Het is bovendien een mooie aanleiding om iets meer te vertellen over zijn collega-deejay John van Doorn, die later als zanger bekendheid verwierf onder de naam David Alexander Winter, maar zich daarnaast nog eens van drie andere artiestennamen bediende.

Het einde van Radio 227.
“Swinging Radio … Double Two Seven …”: in de jaren zestig vormde die kreet voor veel jongeren het signaal voor veel luisterplezier. Dat duurde tot het begin van augustus 1967, toen voor Radio 227 het doek viel. Opmerkelijk genoeg begint Dick Weeda, deejay voor deze zeezender, zijn aantekeningen met die laatste episode. “Uit de lucht op 5 augustus omdat Groot Brittannië als “eerste land” het Verdrag van Straatsburg ondertekende. Het verdrag stelde namelijk medewerking vanaf de Britse wal aan de piratenzenders strafbaar.” Op zich is dat een mededeling waaruit kan worden afgelezen dat de beste man er voor zijn brood zat. Het Verdrag van Straatsburg was immers in 1965 al door een groot aantal landen ondertekend. Alleen, via de invoering van de MOA op 14 augustus 1967, zou de wet het eerder genoemde verdrag bekrachtigen en daaraan strafbare feiten koppelen, waardoor medewerkers, bevooraders dan wel adverteerders in de toekomst vervolgd zouden kunnen worden. Het merendeel van de bemanning was toen overigens al van boord. In zijn geschreven relaas meldt Weeda: “We werden op 21 juli 1967 al van boord gehaald. Er bleef bijna geen enkele Nederlander op het schip. Er werd nog gedurende een kleine drie weken aan door ons opgenomen muziek uitgezonden.”

The Laissez Faire.
Dat de deejays in die tijd een uitstekend salaris genoten, mede gelet op het gegeven dat tijdens de periode aan boord van het zendschip MV Laissez Faire er gratis kost en inwoning was, mag rustig gesteld worden. Weeda schreef daarover het volgende in zijn aantekeningen: “De diskjockeys zaten twee weken op het schip voor fl. 210,00, netto per week en vielen onder de Britse belasting- en sociale zekerheidswetgeving.” Een aanzienlijk hoog salaris daar ikzelf in die periode rond de fl. 350,00 bruto per maand zat, en dat op een leeftijd van 17 jaar.

Een senator uit Texas.
Weeda schreef verder over de bevoorrading: “Na de periode aan boord zaten we vervolgens voor een periode van één week van vakantie thuis. De reisroute was als volgt: met Channel Airways, destijds een belangrijke adverteerder en al jarenlang failliet, werd gevlogen van het vliegveld Zestienhoven, bij Rotterdam, naar dat van Southend on Sea. Een klein havenplaatsje gelegen aan de mondig van de Thames. Vervolgens gingen we met een taxi naar Harwich en vandaar met een klein, voormalig vissersschip, naar The Laissez Faire. Het zendschip van Radio 227, dat we deelden met de presentatoren van Britain Radio ofwel het latere Radio 355, was in de Koreaanse oorlog gebruikt als lijkentransportschip. De formele eigenaar, zo was terug te vinden, was Pierre Langesford III, een senator uit Texas. Aan boord doken steeds weer hardnekkige geruchten op dat de echte eigenaresse Lady Bird Johnson, echtgenote van de toenmalige Amerikaanse president Lyndon B. Johnson, was. Als vanwege laagwater er vanuit Harwich niet gevaren kon worden, dan gingen we per taxi, via Ipswich, naar Felixstowe.”

De strijd om de luisteraar.
De concurrentie tussen de zeezenders was groot. Ook Radio 227 deed daar aan mee. Dick Weeda vermeldt in dat bestek dat Tony Windsor, de programma-directeur van Radio 227, snode plannen koesterde om luisteraars van een ander station af te pakken, hetgeen niet gelukte: “Station-manager was Big T “Double You”, oftewel Tony Windsor, voorheen programma-directeur bij Radio London. Hij voerde in de nadagen van Radio Dolfijn een gelijksoortige format in als door Radio London werd gebruikt. Wij gingen vervolgens uitzenden op de 227 meter, terwijl London op de 229 zat. Op die manier vingen wij Nederlandse luisteraars op, die meenden naar Radio London te luisteren. Na acht uur in de avond kon Radio 227 nauwelijks nog in Nederland worden ontvangen, omdat de DDR programmazender, Radio Leipzig, met een vermogen van 200 kW op onze frequentie in de ether kwam. Onze zender had een maximaal vermogen van 50 kW.”

José Feliciano komt aan boord.
In de nadagen van Radio 227 bezocht zanger en gitarist José Feliciano het zendschip. Van dat plotselinge bezoek en het daarna voorgevallen incident met een bemanningslid, maakt Weeda uitgebreide aantekeningen: “Ongeveer twee weken voor de sluiting van Radio 227 en Radio 355 leverden we nog een wereldprestatie: Een live-optreden van José Feliciano over beide stations. Dat was als volgt tot stand gekomen: Alan Black, deejay van Radio 355, ging José interviewen in London. Maar, zijn recorder weigerde dienst. Feliciano vond Alan Black een sympathieke jongen en kreeg waarschijnlijk romantische ideeën over ons piratenstation en bood aan gratis op te komen treden. Zo gezegd, zo gedaan. Feliciano kwam met zijn secretaresse naar Harwich en stapte op de tender, waarmee de deejays ook altijd naar het zendschip werden gebracht. Feliciano is niet alleen blind maar ook deels lichamelijk gehandicapt en waar de deejays en bemanning via een touwladder van de veel lagere tender op de Laissez Faire stapten, moest José gehesen worden en vervolgens door een “man-hole” onderdeks gemanoeuvreerd worden naar de studio’s. Het concert was heel leuk en alleszins geslaagd te noemen. Presentatie was in handen van Alan Black en Tom Collins.”

Een vechtpartij.
Er gebeurde die dag meer. Weeda vervolgt: “Ondertussen probeerde Radio 227 deejay Johnny van Doren de secretaresse van Feliciano te versieren. Dat gelukte gedeeltelijk, zij wilde niet te kooi met hem, maar wel in Londen een keer met hem stappen. Enkele bemanningsleden — Nederlandse — zaten intussen met hun maatjes te hijsen. De tender was rijkelijk voorzien van tax-free alcoholische dranken. Aan boord werd door de Britse kapitein maximaal drie blikjes bier per persoon gratis per dag uitgegeven. Tussen de Britse en Nederlandse zeelieden boterde het niet altijd, omdat de Nederlanders zich superieure zeelieden waanden. Enfin, Feliciano was al lang weer met zijn secretaresse op de tender, maar twee bemanningsleden weigerden aan boord te komen. Na een laatste sommatie klom één van hen goed dronken aan boord van het zendschip en wilde de kapitein te lijf gaan. Die ving hem op met een soort van karatetrap op de borst. Het betreffende bemanningslid, Jan, stortte vervolgens naar beneden. Tot zijn geluk precies tussen het stuurhuis en reling in de smalle gang. In plaats van dood te blijven liggen, schudde hij zijn hoofd en was in één keer nuchter en moest door de koks overmeesterd worden voor hij opnieuw de kapitein te lijf kon gaan. ’s Nachts werd hij alsnog van boord van The Laissez Faire gehaald en kon een kostbaar vrachtje in Harwich worden afgeleverd, waarna de rust aan boord van het zendschip weer terug keerde.”

Het format van Radio 227.
Over het format pende Dick Weeda destijds neer: “We hadden een format gelijk aan dat van Wonderful Radio London, alleen er was één verschil en wel dat wij op Radio 227 een Fabulous Fifty hadden terwijl Radio London slechts 40 platen in de lijst had. Naast de Fab 50 hadden we nog een tiplijst met 15 platen. Het lag in de bedoeling minimaal 10 platen per half uur te draaien. Hiervan moesten telkens twee platen uit de top 10 worden gedraaid, twee uit de tipparade, 1 golden oldie, 1 verzoekplaat en 4 nummers uit de Fab 50 met noteringen tussen 50 en 10. Tussen zes in de ochtend en zes in de avond waren er telkens aaneensluitende deejayshows van elk drie uur. Ik zelf zat vaak ook nog na zes uur in de avond, waarbij ik twee programma’s mocht presenteren: zes tot half zeven Folktime en van half zeven tot zeven uur Alles Nederlands.”

Een hitlijst.
Uit ons eigen archief komt ter illustratie de volgende hitlijst van Radio 227 van 2 – 11 juni 1967. Opvallend zijn de twee covers van Beatles’ songs. Op Baby’s In Black van Daddy’s Act komen we verderop nog terug. De lijst is hieronder overgenomen, zoals die oorspronkelijk werd gepubliceerd.

RADIO 227
FABULOUS 50 – AFL.
2-11 JUNI 1967.
1. ( 1) A Whiter shade of pale – Procol Harum
2. (20) New York mining disaster 1941 – The BeeGees
3. ( 8) Waterloo sunset – The Kinks
4. (10) Okay-Dave Dee, Dozy, Beaky, Mick and Tich
5. ( 2) Take her home – The Rodys
6. (11) Summer is here – The Outsiders
7. (14) Seven drunken nights – The Dubliners
8. (–) When I was young – Eric Burdon & The Animals
9. (21) Carrie Anne – The Hollies
10.( 7) Pictures of Lily – The Who
11.( 6) Silence is golden – The Tremeloes
12.(26) Amy – Rudy Bennett
13.(38) Beestjes – Ronnie en de Ronnies
14.( 3) There goes my everything – Engelbert Humperdinck
15.( 9) Then I kissed her – Beach Boys
16.(l6) Don’t sleep in the subway – Petula Clark
17.(l3) Paper sun – The Traffic
18.(31) Patterns – The Small Faces
19 (21) Give me time – Dusty Springfield
20:( 5) The happening – The Supremes
21.(l8) Mr.Pleasant – The Kinks
22.( 4) Finchley Central – The New Vaudeville Band
23.(45) I want more – Groep 1850
24.(50) Tabatha Twitchit – The Dave Clark Five
25.(34) With a little help from my friends – The Young Idea
26.(–) Morning dew – The Episode Six
27.(46) Get me to the world on time – The Electric Prunes
28.(–) Lace covered window – The New Faces
29.(–) Respect – Aretha Franklin
30.(–) Send her to me – Gary U.S. Bonds
31.(–) I’ll come running – Cliff Richard
32.(–) What good am I – Cilla Black
33.(l7) When you’re young and in love – Marvelettes
34.(22) Eight davs a week – Daddy’s Act
35.(36) Sweet soul music – Arthur Conley
36.(40) The love machine – Elvis Presley
37.(40) Walking in the rain – The Walker Brothers
38.(33) The first cut is the deepest – P.P. Arnold
39.(–) You only live twice – Nancy Sinatra
40.(–) Suddenly – The Left Banke
41.(–) No good to cry – Jimmy James & The Vagabonds
42.(–) Strange brew – Cream
43.(–) She’d rather be with me – The Turtles
44.(–) All i I need – The Temptations
(45.(–) Him or me, what’s it’s gonna be – Paul Revere & The Raiders
(45.(–) Windy – Assocation
46.(–) Come on down to my boat – Every Mothers Son
47.(12) My back pages – The Byrds
48.(–) I can’t see to make you mine – The Seeds
49.(47) The wind cries Mary – The Jimi Hendrix Experience
50.(–) Ain’t no mountain high – Marvin Gaye & Tammi Terrell
PLAAT VAN DE WEEK: Seven rooms of gloom – The Four Tops
CLIMBERS: You can’t come home again – (P.J. Proby) – See Emily Play –
(Pink Floyd), Tremling Trembling – (The Swinging Blue Jeans)

“Dan moet je mijn zuster zien”.
Ingaand op de samenstelling van de hitlijsten schrijft Weeda in zijn aantekeningen: “Fab 50 en Tipparade werden in gezamenlijk overleg bepaald, dus niet op grond van de verkoopcijfers. Als Britse maatschappij had de onderneming achter Radio 227 de proefpersingen van de platen vaak een week eerder dan de an-dere Nederlandse stations. A Whiter Shade of Pale van Procul Harum en All You Need Is Love van The Beatles werd door ons direct na het aan boord komen van de schijven op nummer 1 geplaatst. Om te bewijzen dat je, mits vaak genoeg gedraaid, alles tot een hit kunt maken, draaiden we op Radio 227 de mislukte carnavalskraker Dan Moet Je Mijn Zus-ter Zien van Ria Valk in juli 1967 gemiddeld acht keer per dag. Alsnog, meer dan een half jaar na verschijnen, werd het nummer een hit in Nederland en automatisch ook door de andere stations weer opgepakt.”

De deejays.
Op pagina drie van de “Weeda herinneringen” somt hij een aantal deejays op met hun deejay- en eigen naam en specialisatie:

  • Lodewijk den Hengst, Lex Harding: Hitwerk
  • Tom Droog, Tom Collins: Easy Listening
  • Look Boden, Look Boden: Country and Western
  • Harold van Gelder, Harky (burgemeester): Rock and Roll
  • Dick Weeda, Dick Weeda: Folk en Nederlands
  • Jaap Paardekoper, John van Doren: vrouwen

Zonder protest.
Omtrent de Amerikaanse eigenaren meldt Weeda ook nog enkele bijzonderheden: “Het werd mij in Folktime verboden songs te draaien waarin kritiek geleverd werd op de Amerikaanse politiek in het algemeen en Vietnam in het bijzonder. Ook mochten geen anti-oorlogssongs ten gehore worden gebracht. Dus, Phil Ochs mocht helemaal niet, maar ook What Have You Learned in School Today, van Tom Paxton had niet gemogen op 28 mei 1967.” Aangenomen mag worden dat Weeda op die datum op zijn vingers is getikt door zijn superieur aan boord. Op 18 mei 1967 werd Rod McKuen voor het eerst op een Nederlands station gedraaid. Radio 227 had de primeur met Seasons in the Sun. Een ander nummer van McKuen, Soldiers Who Wanna Be Heroes, viel echter weer onder het verbod. Juist dat nummer werd McKuen’s eerste hit in Nederland, hoewel daar wel vier jaren tussen zaten (augustus 1971 nummer 1 met liefst 17 weken hitnotering in de Veronica Top 40). Het nummer Freight Train van de Folk Swinging Harpsichord was de tune van het programma Freight Train.

Zonder salaris.
Tenslotte vermeldt Weeda in zijn opsomming nog iets over de terugkeer van de deejays naar Nederland in juli 1967: “Het waren Lodewijk den Hengst, Dick Weeda, Harold van Gelderen en Tom Collins die als laatsten weer van boord gingen. Harold reisde niet mee met de anderen naar Nederland maar ging naar Londen om zijn laatste betaling cash te innen. Een verstandig besluit, want de anderen hebben hun laatste betaling voor de periode van drie weken werken nooit gekregen.”

John van Doren.
John van Doren, alias John van Doorn, alias Jaap Paardekoper en ook gebruik makend van de naam Leon Kleerekoper, was korte tijd dee-jay bij Radio Veronica alvorens in dienst te treden van Radio 227. Hij was in het jaar daarvoor (1966) toegetreden tot de half Amsterdamse, half Haagenese formatie Daddy’s Act. De groep kreeg, naar aanleiding van hun eerste single, een wereldcontract aangeboden bij EMI.
Met de groep Daddy’s Act maakte Van Doren diverse singles, waaronder in 1967 een trage soul-versie van het Beatles’ succes Eight Days A Week. Ook werd een andere compositie van Lennon and McCartney, Baby’s In Black, opgenomen. Als John van Doorn nam hij in 1967 ook nog twee solo-singles op: Last Night / It Ain’t Fair en het Nederlandstalige Marian / We Waren Zo Gelukkig (Philips). Hij vertrok in 1969 naar Parijs waar hij een ster werd, met ondermeer optredens in het Olympia. Hij stond er onder contract bij Riviera. In Nederland scoorde hij in oktober 1969 een hit met het nummer Oh Lady Mary en wel onder zijn zoveelste artiestennaam: David Alexander Winter. Een vijfde plaats was de hoogste notering. Daarna maakte hij nog singles in december 1969 (Vole S’En Vole) en in december 1973 (Laissez Moi Le Temps).

Uit de kranten.
In de pers werd in 1967 tamelijk laconiek gereageerd op de gebeurtenissen rond Radio 227. In die tijd zagen de krantenberichten er als volgt uit:

Griefbrief
Zelden krijgen we zulke leuke brieven als deze van de Rotterdamse meneer M. R. Harsing, die zijn hart leegstort over onze piratenzenders:
“Een opbouwend blad moet niet beginnen, met berichten over te nemen die afbrekend zouden zijn. Veronica zat nooit kelderen, niemand zal bij machte zijn Veronica te torpederen. En Veronica is niet één van de eersten die vroeg sluiten (? – Red. Tros) er zijn nog wel andere piratenzenders die vroeger sluiten dan Veronica. “Radio 227″ sluit om 9 uur en Radio 355 om 10 uur. Wie is Tony Windsor? Heeft Radio 227″ aan hem de verspreiding over het land verdiend? Hoe bestaat het! Dat hij voor alle reclames heeft gezorgd, dat is mogelijk, maar hij heeft 227 toch niet alleen in de Nederlandse huiskamers gebracht. 227 is een tienermuziekstation geworden, maar toch blijf ik doorvechten voor de BELEGEN en de ZWAAR BELEGEN tieners om rustige platen, zoals ze er eerst waren, dat weer terug te krijgen op 227. En hier wil ik het dan bij laten.” Dank U wel. 227 zwijgt in alle talen.

TOE TOE SEFFEN
Radio 227 gaat zijn programma’s drastisch wijzigen, zoals u wellicht afgelopen week al gehoord heeft. Verdwenen zijn alle aangekondigde programma’s, ervoor in de plaats worden shows gepresenteerd door diverse dee jee’s — waartoe sedert 15 juni ook John van Dooren behoort — gebaseerd op de Top 40, de al wat oudere 45-toeren-platen en de nieuwe hits. Volgens de programmaleiding zal het programma wel worden aangepast aan het luisterend publiek. Dat betekent in de morgenuren wat rustiger muziek en ’s middags top-pops voor de tieners. Fanmail is bij “227” zeer welkom, — kan ook naar TeleVizier, Postbus 1290 gestuurd worden — suggesties natuurlijk ook! Bijzondere aandacht zal men gaan wijden aan de Nederlandse orkesten en zangers. Voorbeelden: Op de Top 40-lijst staan hoopgevend genoteerd: Beestjes (Ronnie & The Ronnies) en “Amy” (Rudy Bennett).

Radio 227 gaat toch verdwijnen
Van onze showpagina redactie
AMSTERDAM, vrijdag
De Nederlandse piratenzender radio 227 zal per 15 augustus uit de lucht verdwijnen gelijk met radio 335, die vanaf hetzelfde schip uitzendt. De eigenaar van het schip. Ted Allbeury maakt dit gisterenavond in Londen bekend, nadat de wet tegen piratenzenders in Engeland was aangenomen en volgende maand in werking treedt.
Hoewel de programma’s van Radio 227 de laatste tijd in kwaliteit gestegen waren, was het aantal reclamespots nog lang niet toereikend om de kosten van de zender te dekken.

Overspannen.
Aan boord van de drijvende piratenzender Radio 277 (vroeger Radio Dolfijn) heeft een van de circa twintig bemanningsleden, vermoedelijk in overspannen toe-stand, de 37-jarige kapitein Luke Hurst aangevallen. Vanochtend zijn uit Harwich een reservekapitein en een ander bemanningslid naar het radioschip vertrokken. Door het incident moesten de uitzendingen gisteravond om 10 uur worden gestaakt.
________________________________________
Naschrift (januari 2003)

Weer boven water.
Bijna vijf jaar na de publicatie van dit artikel is Dick Weeda weer boven water. Niemand van zijn collega’s van vroeger wist namelijk waar hij gebleven was en wat er van hem geworden was. Medio 2002 deed Look Boden een oproep op de internetsites www.offshore-radio.de en in het internationale newsreport van Hans Knot, met het verzoek aan zijn oud-collega’s van Radio Dolfijn en Radio 227 om zich te melden. Een aantal deed dat in de afgelopen maanden en begin januari 2003 kwam Dick Weeda op die manier ook weer boven water. Hij schreef aan Look Boden: “Een goede vriend van mij uit Rotterdam attendeerde mij erop dat ik op het internet sta en zelfs meerdere keren. Nu ben ik zelf digibeet en moest ik dus mijn echtgenote Marianne — inderdaad dezelfde als waarvoor ik 12 juni 1967 de Mama’s en Papa’s draaide: “Each night before you go to bed” — vragen via de zoekmachine Google naar mijn naam te zoeken. En inderdaad zeg, daar trof-fen we aan: “Enkele herinneringen aan Radio 227. Uit de aantekeningen van Dick Weeda,” door Hans Knot met een reactie daarop van Harold van Gelder, bij ons bekend als “Harkie” of “de burgemeester”.”

Buiten de radiowereld.
Dick Weeda heeft, zo blijkt, zijn verdere loopbaan niet binnen het radiowereldje doorlopen maar op een andere manier ingevuld: “Vanaf september 1968 heb ik in diverse functies gewerkt voor de Sociale Dienst te Amsterdam. Op 1 maart 1997 werd ik, na veertien jaar als voorlichter te hebben gewerkt, ontslagen. Daarna was ik dus weer een vrij mens, heerlijk flierefluiten en je hebt tijd om wat zaken op te ruimen. Zo heb ik alles wat ik nog van Radio 227 bezat aan het toenmalige Omroepmuseum geschonken, voorzien van wat aantekeningen. Daar heeft Hans Knot, die ik overigens niet ken, voor zijn artikel uit geput. Op Paul Harold van Gelder heb ik nog niet gereageerd, want zijn verhaal vond ik dus nu pas. Op internet kun je dus ook zien, dat ik lezingen geef over de architect Adriaan Dortsman en rondleidingen verzorg bij onder meer het Museum van Loon. Ook ben ik bestuurslid bij de Heemkenniskring Amsterdam-Noord, waar ik de programmering doe. Op mijn visite kaartje staat: “Stadsgids,” en in principe kan ik mensen overal in Amsterdam rondleiden. Niet ik zelf, maar het Amsterdams Historisch Museum introduceert mij als “gerenommeerd stadskenner.”

Contact.
Inmiddels heb ik met Dick Weeda contact gehad. Hij denkt nog met plezier terug aan zijn tijd bij Radio 227 maar koestert verder geen nostalgische gevoelens. Wel is de radio-ervaring, opgedaan bij Radio 227, later van nut geweest tijdens de periode dat hij voorlichter was in Amsterdam. Het was toen gemakkelijker al die vogels van verschillende pluimage binnen de omroepwereld te bewerken. Dick vond het leuk om deel te hebben uitgemaakt van het zeezendergebeuren en vindt dat zijn leven zo meerdere leuke dingen heeft bevat, waaraan hij met plezier aan terug te denkt.

Dick Weeda is inmiddels overleden.

Back To Top